Zo langzaam aan begint ons werk met de kinderen erkenning en respect te krijgen in Brazilië. In het begin werden wij met argus ogen bekeken en men begreep niet dat iemand in staat is iets zonder bijbedoelingen te doen voor zijn medemens. Dit aspect van het leven kent men niet.
De bijbedoelingen die zij ons toeschreven zijn zo lelijk en hebben ons zo’n pijn gedaan, dat ik ze niet eens op dit papier wil zetten.
Gelukkig is dit nu verleden tijd, dat kun je merken aan de reacties van de mensen als zij Pinokio’s huis uit zichzelf komen bezoeken.
Wij hebben nooit een geheim gemaakt van ons werk, nooit de kinderen verstopt. Iedereen was altijd meer dan welkom in ons huis, maar ik denk dat juist omdat de opvang van de kinderen in een privé huis werd gedaan, dit een soort drempel is geweest voor de meeste mensen
Sinds de verhuizing is hier duidelijk een kentering in gekomen. Wij worden soms gek van alle rondleidingen die wij tijdens vakanties en feestdagen moeten doen. De ene bezoeker is nog niet weg of de volgende dient zich alweer aan. Laatst maakte Maria de volgende opmerking: ‘Ik denk dat wij entreegeld moeten gaan vragen, dan hebben wij er tenminste iets aan’.
Maar juist door iedere keer weer een vrolijk gezicht op te zetten en vol enthousiasme de mensen door het gebouw rond te leiden, heeft men een andere kijk gekregen op ons werk. Daarom denk ik, dat wij nu dan eindelijk hulp in Brazilië zelf beginnen te krijgen.